Duurzame ontwikkeling wordt steeds belangrijker, onder andere door de klimaatverandering. In de landbouw wordt gekeken naar duurzame manieren om gewassen te telen. Zo is er momenteel een internationaal onderzoek gestart dat kijkt naar de diversiteit in gewassen (Diverimpacts). Het is een onderzoek onder zowel gangbare als biologische bedrijven. En het is een project waarin onderzoekers, boeren en andere ketenpartijen samenwerken.
Diversiteit in gewassen kent vele voordelen. Zo onttrekken sommige gewassen (zoals erwten) stikstof aan de lucht en slaan dat op in hun wortels. Meer dan ze zelf nodig hebben als voeding. Andere planten kunnen ook van dit voedsel profiteren. Door een stikstof leverende plant naast een plant te zaaien die stikstof nodig heeft, schep je voordelen voor zowel de gewassen als de bodemvruchtbaarheid.
Een ander voordeel is dat bepaalde gewassen elkaar tegen plagen en beestjes beschermen. Zo houdt de wortelvlieg wel van wortels, maar niet van de geur van uien. Als je dus op een akker om en om een rij van deze gewassen teelt, blijft de wortelvlieg weg.
Diversiteit in gewassen kan ook betekenen dat je niet jarenlang achter elkaar hetzelfde gewas op hetzelfde stuk grond teelt, maar dit afwisselt met andere gewassen. Zo kunnen plantenziekten, zoals schadelijke schimmels die leven van een soort groente, niet overleven in de bodem als er in het jaar erop een ander gewas groeit. Er kunnen op deze manier nog minder bestrijdingsmiddelen worden gebruikt. En het landschap wordt alleen maar mooier van die veelvormigheid en veelkleurigheid die de afwisseling in gewassen oplevert.
Het internationale onderzoek brengt in kaart wat er op het gebied van diversiteit al bedacht is door individuele boeren. En het ondersteunt boeren en productieketens die nog meer mogelijkheden willen testen. Het telen van twee of meer gewassen tegelijker tijd op één akker geeft namelijk ook nadelen. Kan je de gewassen gelijk oogsten, heeft de boer wel de goede machines en hoe kan hij zijn veelheid aan producten het beste verkopen? En zijn er wellicht veel meer gewassen te bedenken die een positieve invloed op elkaar hebben (zoals de uien en wortelen), die we nu nog niet kennen. Dit wordt de komende vijf jaar onderzocht. Zo blijft de landbouw en de biologische sector altijd in ontwikkeling.
Bron: Bionext